KiM: Actualisatie verkenning ov-gebruik 2022-2026

Het gebruik van het openbaar vervoer in Nederland kan in 2023 weer bijna uitkomen op het niveau van voor de coronacrisis in 2019. In een alternatief scenario, waarin sprake is van een forse economische terugslag door de oorlog in Oekraïne én waarin de kwaliteit van het openbaar vervoer niet langer verbetert, duurt het tot 2025 voordat het niveau van 2019 wordt bereikt.

Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) verwacht dat het openbaar vervoer weer bijna uitkomt op het niveau van voor de coronacrisis. Dit is een basisraming op basis van de uitgangspunten van het CPB voor de economische ontwikkelingen tot en met 2026. In een alternatief scenario, waarin sprake is van een forse economische terugslag door de oorlog in Oekraïne én waarin de kwaliteit van het openbaar vervoer niet langer verbetert, duurt het tot 2025 voordat het niveau van 2019 wordt bereikt.
 

Dit blijkt uit de Actualisatie verkenning gebruik openbaar vervoer 2022-2026 van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM). 

Voor 2023 verwachten we dat het openbaar vervoer gebruik nog 1% (basisraming) tot 4% (alternatief scenario) onder het niveau van 2019 uitkomt. We veronderstellen hierbij in beide scenario’s dat na 2022 geen contactbeperkende maatregelen meer gelden; alleen het alternatieve scenario veronderstelt voor de laatste weken van 2022 dat er weer gedragsbeperkende maatregelen nodig zijn vanwege een nieuwe opleving van het coronavirus. In 2026 kan het ov-gebruik weer 2% (alternatief scenario) tot 8% (basisraming) boven dat van 2019 liggen.

Aanleiding 
De directie Openbaar Vervoer en Spoor (OV&S) van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) heeft het KiM gevraagd het toekomstbeeld voor het gebruik van het openbaar vervoer (ov) uit het Mobiliteitsbeeld 2021 (KiM, 2021) te actualiseren, zowel voor trein, als voor bus, tram en metro (btm). Het toekomstbeeld uit het Mobiliteitsbeeld 2021 (november 2021) was gebaseerd op de Macro Economische Verkenning van het CPB van september 2021. Inmiddels heeft het CPB in het Centraal Economisch Plan en een aanvulling daarop de verkenning voor de economie geactualiseerd in een basisraming tot en met 2030. Ook heeft het CPB voor de korte termijn (2022 en 2023) een alternatief scenario gepresenteerd met een fors effect van de oorlog in Oekraïne op de Nederlandse economie.


Het gebruik van het ov ligt sinds maart 2020 ver onder het gebruikelijke niveau van voor de coronacrisis. De ov-bedrijven houden op verzoek van het ministerie van IenW de dienstregeling in het ov zoveel mogelijk in stand. Zij ontvangen hiervoor een beschikbaarheidsvergoeding (BVOV), omdat de reizigersinkomsten fors zijn gedaald. De BVOV loopt tot eind 2022. Hoe het gebruik van het openbaar vervoer zich in werkelijkheid ontwikkelt in de komende jaren is onduidelijk, omdat onzeker is wat de structurele impact blijft op het reizigersgedrag en op het aanbod van de ov-bedrijven.

Het treingebruik gaat weer toenemen
In 2020 was het treingebruik met 56% gedaald van 20,0 miljard reizigerskm in 2019 tot 8,8 miljard reizigerskm. In 2021 was er een toename van 4,5%, nog steeds circa 54% onder het niveau van 2019. Met het opheffen van de meeste contactbeperkende maatregelen in maart 2022 nam het treingebruik snel toe en voor geheel 2022 verwachten we in totaal tussen 15,2-16,4 miljard reizigerskm, 18 tot 24% onder het niveau van 2019. We verwachten in de basisraming dat het treingebruik in 2023 met 19,8 miljard reizigerskm nog maar 1% onder het niveau van 2019 ligt en in 2026 8% daarboven. In het alternatieve scenario ligt het niveau in 2023 nog 4% onder dat van 2019. De hoge olieprijzen in het alternatieve scenario werken door in hogere brandstofprijzen voor het autogebruik en daarmee tot iets minder autogebruik en iets meer ov-gebruik. In het alternatieve scenario wordt pas in 2025 weer het niveau van 2019 gehaald, in 2026 ligt het gebruik 2% daarboven.

Verwachtingen voor het gebruik van bus-, tram- en metro
Het gebruik van bus-, tram en metro (btm) is in 2020 met 49% gedaald van 5,6 miljard reizigerskm in 2019 tot 2,9 miljard reizigerskm in 2020. In maart 2022 zijn de meeste contactbeperkende maatregelen opgeheven en neemt het btm-gebruik weer snel toe. Naar verwachting komt voor het gehele jaar 2022 het btm-gebruik uit tussen 4,3-4,6 miljard reizigerskm, 18 tot 24% onder het niveau van 2019. In het alternatieve scenario wordt het herstel vertraagd door minder economische groei en het opleven van corona in het najaar van 2022. De hoge olieprijzen in het alternatieve scenario werken door in hogere brandstofprijzen voor het autogebruik en daarmee tot iets minder autogebruik en iets meer OV-gebruik. Voor 2023 verwachten we in dit scenario een btm-gebruik van 5,5 miljard reizigerskm, nog 3% onder het niveau van 2019. We verwachten in de basisraming dat het gebruik in 2023 het pre-corona niveau (2019) weer bereikt en het btm-gebruik in 2026 7% hoger zal liggen dan in 2019. In het alternatieve scenario komt het gebruik pas in 2024 weer boven het niveau van 2019 en ligt daar dan in 2026 3% boven.

Verschil met vorige KiM toekomstbeeld van november 2021
Het vorige toekomstbeeld ov van het KiM dateert van november 2021 (gepubliceerd in het KiM Mobiliteitsbeeld 2021) en was gebaseerd op de verkenning van het CPB van september 2021.


Vooral voor het jaar 2022 zijn de verschillen groot: de verwachtingen voor het ov-gebruik in dat jaar komen nu 12 %-punten (alternatief scenario) tot 16 %-punten (basisraming) lager uit dan vorig najaar werd verwacht. Voor 2023 en verder zijn de verschillen beperkt.

Geplaatst op 16-06-2022

< Vorige


Share on: