PFAS: meer verantwoorde ruimte voor grondverzet

Op basis van nieuw onderzoek komt er meer ruimte om PFAS-houdende grond en bagger te verzetten. Dat schrijft staatssecretaris Stientje van Veldhoven vandaag aan de Tweede Kamer. Gebaseerd op nieuwe onderzoeken van RIVM en Deltares biedt zij na overleg met VNG, IPO, UvW en de sector op drie fronten meer ruimte.

Ten eerste komt er een hogere achtergrondwaarde voor de landbodem (PFAS 1,4 µg/kg). Ten tweede verdwijnt het verschil in regels voor toepassing van grond en bagger. Ten derde is er meer ruimte voor het verantwoord toepassen van grond en bagger in diepe plassen. Uitgangspunt is en blijft mens en milieu beschermen en tegelijkertijd de verantwoorde ruimte zoveel mogelijk benutten.


Staatssecretaris van Veldhoven: “PFAS zit wijdverspreid in onze bodem. Dat kunnen we niet wegtoveren. We kunnen wel op een verantwoorde manier voor mens en milieu meer ruimte bieden aan grondverzetters en baggeraars, en tegelijkertijd zorgen dat de bodem niet verder vervuilt. Zodat we onze omgeving en gezondheid beschermen, en de verantwoorde ruimte voor grond- en baggerwerkzaamheden benutten.”

 

Bodem niet verder vervuilen
De eerste verruiming betreft een hogere achtergrondwaarde voor de landbodem. De achtergrondwaarde geeft de bestaande kwaliteit van de bodem aan. Het RIVM heeft 200 metingen door het hele land gedaan. Op basis hiervan kan een geactualiseerde achtergrondwaarde voor de landbodem voor PFAS worden vastgesteld op 1,4 µg/kg (dit was 0,8 µg/kg) voor zowel grond als bagger. Dit betekent dat er meer mogelijkheden zijn voor bouwers en baggeraars voor het toepassen van grond en bagger op de landbodem. Dit kan tot aan die achtergrondwaarde, zodat de bodem niet vuiler wordt dan deze nu is.

 

Zelfde regels grond en bagger
Een tweede verruiming betreft dat nu dezelfde regels voor grond als voor bagger gelden. Een van de problemen was nog dat onbekend was hoe grond versus bagger zich gedraagt in oppervlaktewater. PFAS-houdende grond kon daardoor niet toegepast worden in oppervlaktewater zoals in diepe plassen; bagger wel. Het RIVM heeft hier samen met Deltares de afgelopen maanden onderzoek naar gedaan en zij constateren nu dat grond zich net zo gedraagt als bagger. Dit betekent dat het verschil in regels tussen grond en bagger wegvalt. PFAS-houdende grond kan nu ook verantwoord worden toegepast in oppervlaktewater. Uitgangspunt blijft ook hier dat het oppervlaktewater beschermd is en de kwaliteit van de bodem niet slechter wordt.

 

Diepe plassen
Ten derde komt er meer ruimte voor het verantwoord toepassen van grond en bagger in 37 diepe plassen in totaal. Een knelpunt was dat alleen in diepe plassen die in verbinding staan met de grote rivieren PFAS-houdende bagger toegepast kon worden. In geïsoleerde diepe plassen die niet in verbinding staan met andere wateren kon dit nog niet. Eerst moest onderzocht worden of - en onder welke omstandigheden - het toepassen van PFAS-houdende grond en bagger uit de nabije omgeving van een geïsoleerde diepe plas verantwoord kan. Dat blijkt nu te kunnen. Ook blijkt uit de onderzoeken dat PFOS, een van de PFAS-stoffen, aanzienlijk minder voorkomt in regionale wateren dan in de grotere rijkswateren. Daarom komt er na overleg met de Unie van Waterschappen, IPO en de sector een regionale grenswaarde voor geïsoleerde diepe plassen: 1,1 µg/kg voor PFOS en 0,8 µg/kg voor PFAS. Daarmee kan tot dit niveau in geïsoleerde diepe plassen verantwoord PFAS-houdende grond en bagger uit de nabije omgeving toegepast worden. Deze waarde is verantwoord omdat deze voldoende aansluit bij de huidige regionale waterbodemkwaliteit: wat er in een diepe plas mag, sluit voldoende aan bij de kwaliteit die er nu al in zit en deze wordt niet slechter.

 

Volgende stap
De sector heeft in de taskforce PFAS aangegeven dat met deze verantwoorde verruimingen het overgrote deel van de knelpunten, als het gaat om het toepassen van wijdverspreide PFAS-grond of bagger, opgelost zijn. Uiteraard blijven we goed kijken, samen met de sector en medeoverheden, naar hoe het in de praktijk loopt. Met deze ontwikkelingen is het tijdelijk handelingskader PFAS dan ook geactualiseerd, maar nog niet definitief. In het najaar van 2020 wordt nog een aantal onderzoeken door het RIVM en Deltares uitgevoerd, waarna mogelijk aanpassingen volgen. Eind 2020 wordt het concept definitieve handelingskader verwacht. Samen met medeoverheden en de sector wordt zorgvuldig gekeken welke definitieve ruimte uitvoerbaar en tegelijkertijd verantwoord is voor mens en milieu. In 2021 wordt het definitieve handelingskader vastgesteld. Ondertussen blijft de staatssecretaris werken aan het voorkomen van PFAS-problemen aan de voorkant, met een Europees verbod op PFAS in alle niet-essentiële toepassingen.

 
Geplaatst op 01-07-2020

< VorigeVolgende >


Share on: